Gedragsbioloog Patrick van Veen observeerde bij binnenkomst de genodigden voor de eerste CIO Top georganiseerd door Network C. Wat hem opviel: men was enigszins ongemakkelijk in de begroeting. Een tikje met de elleboog, een boks of – onder de bezwering dat je al gevaccineerd bent – toch een hand uitsteken. De ongemakkelijkheid is logisch. Voor de overgrote meerderheid van de aanwezigen was dit het eerste zakelijke evenement in minstens anderhalf jaar.
Getuige de grote opkomst zijn mensen sufgezoomd en snakken ze naar fysieke bijeenkomsten. Of zoals een deelnemer het verwoordde. ‘Die presentaties kun je online nog goed volgen, maar wat je mist is het netwerken. Het kopje koffie met vakgenoten of met een borrel onder het genot van een goed glas wijn.’ En waar kun je het netwerkseizoen beter openen dan in het lommerrijke Nistelrode. Met The Duke Business Club vond de eerste editie van de CIO Top plaats op een plek met een verhaal. In dit gebied kwamen in vroegere tijden Romeinse veldheren samen voor overleg over hun strategieën.
Ook de CIO Top stond in het teken van van verhalen vertellen met het thema ‘Strength of Stories’. Want hoe krijg je als CIO mensen in beweging met de kracht van verhalen? De eer om als eerste van wal te steken, na het welkomstwoord door Kevin Mottard en Amy Quik, was aan Patrick van Veen. Van Veen is gedragsbioloog die tijdens zijn studie biologie zich specialiseerde in het gedrag van apen. Deze studiekeuze bleek nuttig in de kantooromgeving.
Nu komt de aap uit de mouw
Zijn observaties bleken mede de basis voor een trits boeken met titels als ‘Help! Mijn baas is een aap’ en ‘Kuddegedrag in crisistijd’. Aan de hand van managementdenker Stephen Covey legt hij uit waarom we aapjes moeten kijken. ‘Wie gedrag effectief wil beïnvloeden, moet eerst het gedrag begrijpen.’
Om zelf dat gedrag te begrijpen analyseert de bioloog menselijke relaties op drie niveaus. Structuur, gedragsregels en rituelen. Dat sommige prestaties live beter uit de verf komen dan op het scherm bewijst Van Veen met zijn scherpe blik. Als voorbeeld van structuur noemt hij de rolverdeling waarbij de man op het podium praat en de rest luistert. Maar ook de geordende opstelling van stoelen is zo’n voorbeeld. Een deelnemer heeft een stoel iets uit de rij gezet om beter zicht op het podium te hebben. ‘Daarmee is de structuur doorbroken en wie weet stoort iemand zich daar wel aan’, zegt Van Veen.
In het vervolg van zijn verhaal gaat hij in op de verhouding van relaties bij verschillende apensoorten. Zo leren de toehoorders dat bij gorilla’s een mannetje de baas is. Hebben twee vrouwen ruzie dan deelt hij een paar ferme tikken uit aan de dames en dan is het pleit beslecht. Bij bonobo’s hebben mannetjes dan weer helemaal niets in te brengen. En coalitievorming wordt gedaan via een vier uur durende orgie. ‘Maar goed het is de vraag of je dat met collega’s moet willen. Sommige mannen schijnt het wel wat te lijken, maar voor hen heb ik slecht nieuws. Die doen bij de bonobo’s niet mee’, grapt Van Veen. Nog een leuk wist-u-datje. Apen hebben helemaal geen last van vlooien of parasieten. Ze vloeien louter voor het versterken van de onderlinge band.
Ronald Renes: “Door goed te observeren leer je snel de mores, wat heeft geholpen om op het juiste moment de juiste verhalen te vertellen”
Het bestuderen van gedrag en je ego klein maken
Na deze warming-up worden Henry van de Ven (CIO BAM) en Ronald Renes (CIO Van Oord) uitgedaagd te analyseren welke apensoort ze herkennen binnen hun eigen organisatie. Als echte gentlemen onthouden zij zich van een hard oordeel. Renes zegt echter het belang van het bestuderen van gedrag te herkennen. ‘Voor Van Oord werkte ik lang in een andere industrie. Bovendien is Van Oord een familiebedrijf. Door goed te observeren leer je snel de mores, wat heeft geholpen om op het juiste moment de juiste verhalen te vertellen.’ En mocht observatie niet genoeg zijn dan helpt dat het hoofdkantoor van Van Oord in Rotterdam staat. ‘Daar vertellen ze wel wat ze denken.’
Van de Ven benadert zijn houding ten opzichte van het onderwerp. Gaat het om ‘harde’ ict-onderwerpen als de aanschaf van pc’s dan pakt hij het leiderschap. Bij de tweede laag, die de CIO de business foundation noemt en het bijvoorbeeld over ERP-systemen gaat, toon hij meer ‘humbleness’. ‘Maar IT heeft hier wel een stevige kennispositie’. In de derde laag gaat het om nieuwe businessmodellen. ‘Daar maak ik mijn ego het kleinst, want daar ben je als CIO echt ondersteunend aan de business, en moet je goed weten wanneer je je moment moet pakken’.
Na het podiumgeweld mochten de deelnemers onder het genot van een Brabants worstenbroodje zich prepareren voor een van de vier rondetafelsessies, waar ze hun eigen verhaal mochten delen. Onderwerpen als cybersecurity, het bouwen van een data driven cultuur, de dynamiek van de boardroom en verandermanagement werden in deze sessies ingeleid door ervaringsdeskundigen: Martijn Ronteltap (CSO T-Mobile), Tim Hehenkamp (Director Technology & Data Jumbo) Frans van Duivenboden (CIO Vion) en Andre van der Linden (CIO FloraHolland).
Houding is cruciaal
De inspannende gedachtewisselingen werd opgevolgd door een glaasje bubbels. Daarna was het podium aan Joseph Oubelkas. Brabander, zoon van een christelijk-gereformeerde moeder en een Islamitische vader. Na een fijne jeugd en opleiding hogere informatica startte hij zijn eigen ICT-bedrijf. Als twintiger kreeg hij de kans om voor een fruitbedrijf in Marokko klussen uit te voeren, maar toen hij op 23 december 2004 naar een klant ging was daar een hoop politie. Er was voor €24 miljoen aan drugs gevonden. Oubelkas bood aan om te helpen en werd door de politie meegenomen, naar zijn idee alleen voor een verhoor. Daags erna zou hij vrijgelaten worden. Maar één dag werden twee dagen, drie en uiteindelijk hoorde hij een celstraf van 10 jaar tegen zich eisen.
Joseph Oubelkas: “Jullie kunnen mijn lichaam opsluiten, maar mijn geest zal altijd vrij en van mij zijn”
Ondanks gebrek aan deugdelijk bewijsmateriaal werd Oubelkas 1739 dagen, viereneenhalf jaar, vastgehouden. Hoe overleef je in een gevangenis waar mensen worden gedehumaniseerd? Waar het systeem je dagelijks probeert te breken en je als sardientjes in een stinkende, vuile cel slaapt? Oubelkas stelt dat houding cruciaal is. ‘Jullie kunnen mijn lichaam opsluiten, maar mijn geest zal altijd vrij en van mij zijn’, is de filosofie die hij hanteert. Hij stelt zich doelen, zoals het behouden van zijn eigen gebit – inclusief scheefstaande tand en het leren van Marokkaans-Arabisch.
Doordat Oubelkas zijn heftige verhaal op de juiste momenten een humoristische kwinkslag meegeeft, bijvoorbeeld door de draak te steken met zijn Brabant-Marokkaanse achtergrond, gaan de aanwezigen niet met lood in de schoenen naar het diner. Dat zijn verhaal op de aanwezigen een stevige indruk heeft gemaakt blijkt tijdens het bourgondische diner waar onder meer ceviche van zeebaars en gelakt buikspek met gamba’s de show stelen. Rond de klok van twaalf keert de laatste deelnemer voldaan en verrijkt huiswaarts.
‘We kijken nu al uit naar de volgende bijeenkomst’ aldus Amy Quik. Op 2 november staat de volgende CIO top op de agenda en zet het CIO netwerk haar dialoog verder. ‘De komende tijd gaan we dan ook graag weer samen met het netwerk aan de slag om een leuk en aansprekend programma samen te stellen!’